Het blijft lastig met containerbegrippen als artificial intelligence (vanaf nu: AI). Want is er al sprake van AI als computers taken overnemen die normaliter veel menselijke intelligentie vergen? In de uitzending presenteerde Jaap Wierenga van Heijmans bijvoorbeeld de digitale ontwerp- en rekenoplossing ‘Wilma’. “Dit is een overkoepelend programma dat de ontwerpsoftware van dijken aanstuurt”, legde Wierenga uit. “Het koppelt verschillende programma’s aan elkaar die nodig zijn om een dijk te ontwerpen. Op die manier kunnen we sneller en slimmer dijken versterken.”
Is dit een slim voorbeeld van digital construction, waarbij handig gebruik wordt gemaakt van data, of van AI? Of is er pas sprake van AI als systemen zichzelf kunnen verbeteren op basis van verzamelde data (machine learning)?
Deze definitiekwestie werd door de deelnemers van het Bouw Idee Café niet beslecht. Maar daar was het deze uitzending ook niet om te doen; focus lag op de mogelijkheden die technologie en data de bouw bieden. En die zijn er volop.
Angst voor AI?
AI als concurrentievoordeel
Betekent een groter aandeel voor technologie dat toetreders uit het buitenland, denk aan de grote techreuzen, straks met innovatieve AI-oplossingen het gras voor de voeten van de Nederlandse bouwbedrijven komen wegmaaien? Deze angst werd fel bestreden door de ‘cafégangers’. “We moeten in Nederland meer uitgaan van onze eigen kracht”, stelde Barbara Huizink, programmamanager NEXT bij Dura Vermeer Infra Participaties. Arjan Walinga, coördinator van de Nederlandse AI Coalitie, deed er nog een schepje bovenop. “Nederland is een kennisland. Onze grotere technologische kennis zouden we juist kunnen verkopen aan het buitenland.”
Ook hoeven bedrijven niet bang te zijn dat mensen overbodig worden. Hilbrand Katsma, regiodirecteur van Van Wijnen Noord-Oost, wees erop dat mensen altijd belangrijk zullen blijven en dat technologie broodnodig is. “In de toekomst zullen we op allerlei gebieden meer moeten doen, dingen beter moeten doen, en dat ook nog eens met minder middelen. Technologie moet ons daarbij helpen. Ik zie AI dan ook niet als bedreiging voor de mens, maar juist als noodzakelijke verrijking. Die ieders leven gemakkelijker maakt.”
Meer veiligheid, meer klantwaarde
AI is nooit een doel op zich, maar een belangrijk middel om verbetering te realiseren. Denk aan efficiënter bouwen met minder faalkosten. Of, zoals Barbara Huizink betoogde, zorgen voor beter onderhoud, en daarmee meer veiligheid. “Predictive maintenance is een belangrijke praktische toepassing van technologieën als sensoren en camera’s. Met alle data die je hieruit verzamelt, kun je niet alleen de actuele status van apparatuur bepalen, maar ook onderhoudswerkzaamheden voorspellen. Hierdoor kun je tijdig acteren en de veiligheid bevorderen.”
Nog een ander voordeel van AI: meer toegevoegde waarde leveren voor de klant. Iets waar bijvoorbeeld Van Wijnen zwaar op inzet. Van Wijnen biedt onder meer configure to order, waarbij klanten vanuit een configuratietool kunnen kiezen voor projecten, die gekoppeld zijn aan de eigen fabriek. Katsma: “Als bouwsector hebben we niet altijd even goed naar de klant geluisterd. Meestal zijn het bouwbedrijven geweest die de functies van gebouwen hebben bepaald. De klant is daarbij overgeslagen. Technologieën stellen ons nu echter in staat de klant veel beter bij het bouwproces te betrekken. Wij maken daarvoor onder andere gebruik van generative design.” In het kort komt dit erop neer dat de computer op basis van tal van ontwerpparameters – waaronder specifieke klantwensen – een vaak verrassend optimum berekent. Met een tevreden klant als gevolg.
Rol voor de overheid
Er gebeurt zo bezien al best veel in de bouw. Kunstmatige intelligentie is de babyschoentjes duidelijk ontgroeid. Maar wat is er nodig om ook uit de kinderschoenen te raken, volwassen te worden? Behalve het overwinnen van de schroom voor AI, het zien van de evidente voordelen en – uiteraard – het verzamelen van heel veel data, ligt er volgens Arjan Walinga een taak voor de overheid. Om te beginnen in de rol van regelgever. “Verschillende bouwbedrijven gebruiken nu verschillende technieken. Gevolg is dat die onderling niet altijd goed uitwisselbaar zijn. De overheid zou moeten zorgen voor standaarden die deze onderlinge uitwisseling mogelijk maken. We willen algoritmes voor iedereen.”
Ook in de rol van opdrachtgever heeft de overheid volgens Walinga een belangrijke taak. “Neem aanbestedingen. In de uitvraag wordt nog altijd maar weinig aandacht besteed aan innovatieve oplossingen. Als dat wél wordt gedaan, stimuleert dat bouwbedrijven om deze te ontwikkelen en met AI aan de slag te gaan.”
Natuurlijk is naast de overheid de bouwwereld zelf aan zet. Barbara Huizink wijst daarbij op het belang van samenwerking. “Innovatie is samenwerken. Ga niet elke keer het wiel opnieuw uitvinden, maar help en versterk elkaar. Daardoor gaat niet alleen innovatie sneller, maar behaal je ook sneller je doelstellingen. ” Bij Dura Vermeer vormt NEXT de kraamkamer voor innovatieve toepassingen. Samen met partners worden start-ups opgezet, zoals Spotten. Huizink: “Met Spotten kunnen we dankzij IoT-technologie en andere databronnen bijvoorbeeld binnen gemeentes automobilisten wijzen op vrije parkeerplaatsen.” Van al deze experimenten, pilots en innovaties leert Dura Vermeer, om die kennis vervolgens toe te passen in de bouw.
Zo liet dit Bouw Idee Café zien dat er eigenlijk nog een komma én een bijzin hoort achter Teixeira’s openingsopmerking. “Er zijn nog niet veel praktische AI-oplossingen op de markt, maar de bouw is er wel keihard mee bezig en de ambities zijn torenhoog.” Een van de kijkers die verzuchtte of hij wel iets moest doen met al die nieuwe ontwikkelingen, kreeg dan ook een kraakhelder antwoord. “Als je wilt doen wat je altijd deed, heb je echt een probleem. Je moét mee.”
Bouw Idee Café Digital Construction vond plaats op 17 september; Energietransitie op 24 september; Circulair Bouwen op 1 oktober en Industrialisatie & prefab op 8 oktober
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Bouwend Nederland.