Inmiddels werk ik een jaar als onafhankelijk advocaat bouw- en aanbestedingsrecht bij Van Diepen Van der Kroef Advocaten in Utrecht. Meer dan ooit merk ik dat mijn oproep destijds juist was. Aannemers vragen mij in een vroeg stadium van een bouwproject mee te kijken. Niet alleen vinden zij het waardevol dat ik vanwege mijn ervaring de bouw van haver tot gort ken en hun taal spreek, zij zien in dat door vroege inschakeling geschillen in goede banen kunnen worden geleid en vaak zelfs kunnen worden voorkomen. Ik kom gelukkig dus nog vaak in de bouwkeet om vanuit juridisch oogpunt met het project mee te denken en discussies te begeleiden.
Natuurlijk lukt het niet altijd om een geschil te voorkomen. Opdrachtgevers benadrukken vaak in woorden hoezeer zij samenwerking aanhangen, maar daden blijven vaak uit wanneer er tegenvallers zijn. Dan komt ineens het aannemingscontract op tafel en roepen zij: ‘aannemersrisico!’. Steevast legt men het contract daarbij uit als een koopcontract. Dat is echter een grote misvatting.
Aanneming van werk is écht iets anders dan de koop van bijvoorbeeld een TV, waarmee je even naar de winkel teruggaat wanneer die hapert. Zeker bij UAV-GC vormige contracten, die geen keiharde resultaatsverplichtingen op de aannemer leggen. Goed voorbeeld is bodemproblematiek. Opdrachtgevers reageren daar vaak op door te stellen: ‘Het is een UAV-GC contract dus dit is uw risico”. Maar de uit de UAV-GC voortvloeiende regels wijzen in concrete gevallen dikwijls juist naar de opdrachtgever.
Het is het afgelopen jaar meermaals voorgekomen dat cliënten op deze manier werden gedwongen verder te werken, terwijl hen uitzicht bijbetaling werd ontzegd. In enkele gevallen is uiteindelijk zelfs besloten het werk neer te leggen omdat de opdrachtgever ten onrechte bleef volharden. Maar men bleek geen TV te hebben gekocht!
Tekst: Peter Tennekes Advocaat Bouw- en Aanbestedingsrecht
Deze partnercolumn is tot stand gekomen in samenwerking met Van Diepen Van der Kroef Advocaten.